Programma Regenboogsteden motor achter lhbti+ beleid in gemeenten
Een toenemend aantal gemeenten in Nederland noemt zich een regenbooggemeente. Deelnemers aan het programma Regenboogsteden van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zetten steeds meer stappen om lhbti+ acceptatie en (sociale) veiligheid te bevorderen. Evenals in 2017 evalueerde Panteia het programma voor het ministerie.
Sinds de vorige evaluatie van het Programma Regenboogsteden is het aantal deelnemende gemeenten toegenomen van 42 tot 56. Het Programma Regenboogsteden richt zich op de 50 grootste gemeenten, plus enkele andere centrumgemeenten. Bij deelname krijgen gemeenten een financiële bijdrage van het ministerie van OCW en inhoudelijke ondersteuning van Movisie. Daarnaast zijn er ook zelfbenoemde regenbooggemeenten. Dit aantal nam sinds 2017 toe van 5 tot 47.
Er zijn duidelijke verschillen tussen de gemeenten die zijn aangesloten bij het programma Regenboogsteden en de zelfbenoemde regenbooggemeenten. Deze laatste gemeenten zijn veelal kleiner en pas later met actief lhbti+ beleid begonnen. Dit is te zien in de grotere budgetten en personele capaciteit die de deelnemers aan het programma Regenboogsteden voor lhbti+ beleid beschikbaar maken. Ook is er bij de deelnemers sprake van een intensievere samenwerking met maatschappelijke partijen.
Sinds de vorige evaluatie in 2017 zijn de volgende ontwikkelingen te zien in het lhbti+ beleid van regenbooggemeenten:
- Toename aan inzet van personele capaciteit;
- Toename aan inzet van financiële middelen;
- Meer politieke aandacht en betrokkenheid lokaal, nationaal en internationaal;
- De speerpunten van lokaal lhbti+ beleid zijn min of meer gelijk gebleven: bevorderen van sociale acceptatie in het algemeen, onderwijs, zorg en sport. Er zijn signalen dat het lhbti+ beleid steeds breder wordt ingezet, bijvoorbeeld door voorlichting op scholen, clubs en verenigingen en initiatieven op cultureel gebied;
- Verbeterde, intensievere en meer samenwerkingen tussen gemeente en belangenorganisaties en initiatiefnemers op het gebied van lhbti+.
Naast de positieve ontwikkelingen zijn er ook nog aandachtspunten. Vooral bij gemeenten intern is er door verschuivingen in prioriteiten soms te beperkte capaciteit beschikbaar op het lhbti+ dossier. Ook is de continuïteit van het beleid bij meerdere gemeenten onvoldoende geborgd. Ook in de samenwerking zijn er verbeterpunten, bijvoorbeeld op het gebied van de verwachtingen die de partijen van elkaar (mogen) hebben en de mate waarin de gemeente een faciliterende rol vervult in het bij elkaar brengen van lokale en/of regionale organisaties.
Gemeenten zien het voortbestaan van het Programma Regenboogsteden als een belangrijke schakel voor het realiseren van hun ambities op lhbti+ gebied. De politieke aandacht en urgentie die het programma met zich meebrengt, gecombineerd met de inhoudelijke ondersteuning zijn volgens de gemeenten essentieel om het beleid (verder) vorm te geven en te continueren.