Kabinet zet mens weer centraal na rapport hardvochtige effecten
Het kabinet gaat onbedoelde hardvochtige effecten van de socialezekerheidswetten aanpakken. Dit door wet- en regelgeving te vereenvoudigen én de mens zelf weer centraal te zetten in het beleid. In de afgelopen jaren was de balans doorgeslagen naar handhaving en fraudebestrijding, waardoor burgers onbedoeld knel kwamen te zitten.
Het kabinet reageert hiermee op de bevindingen uit het rapport 'hardvochtige effecten' van onderzoeksbureau Panteia. De kabinetsreactie werd onlangs door ministers Karien van Gennip en Carola Schouten aangeboden aan de Tweede Kamer. Volgens de bewindspersonen is het bieden van bestaanszekerheid een belangrijke taak van de overheid. Om dit voor iedereen te kunnen blijven garanderen, moeten onbedoelde hardvochtige effecten worden aangepakt.
Zo wordt de Participatiewet op diverse punten aangepast om het evenwicht tussen de menselijke maat en de rechten/plichten van burgers weer te herstellen. Het handhavingsinstrumentarium wordt opnieuw bekeken waarbij er oog moet komen voor mensen die een fout of een vergissing begaan. Ook wordt de mogelijkheid van hardheidsclausules onderzocht op grond waarvan uitvoeringsorganisaties af mogen wijken van de wet.
In de kabinetsreactie schrijven de bewindspersonen geraakt te zijn door de persoonlijke ervaringen van mensen die zijn opgetekend in het rapport van Panteia. Zo konden burgers door overheidsoptreden onder andere niet meer in hun basisbehoeften voorzien. Ook raakte hun vertrouwen in de overheid beschadigd. Dit mag volgens het kabinet niet gebeuren. Beleid moet volgens de bewindspersonen vóór mensen werken en niet onnodig hard uitpakken.
Voor de volledige tekst van de kabinetsreactie: lees hier.
En hier het rapport 'hardvochtige effecten van (de uitvoering van) de Participatiewet, de werknemersregelingen en de uitbetaling van het persoonsgebonden budget (pgb)' van Panteia, Muzus, Vrije Universiteit Amsterdam en HU University of Applied Sciences Utrecht ( Hogeschool Utrecht).
